‘Specialiseren doe je nog zo lang: word eerst maar eens een goede dokter’
In het nieuwe raamplan Artsopleiding 2020 staan de competenties en eindtermen waaraan elke geneeskundestudent moet voldoen. Opsteller Marjolein van de Pol vertelt wat studenten daarvan gaan merken in hun opleiding.
Twee joggers, een ouder echtpaar en een huisarts: de voorkant van het raamplan Artsopleiding 2020 laat zien dat artsen hun werk lang niet altijd meer in een witte jas in het ziekenhuis doen. ‘Dit laat meteen het verschil zien met het vorige raamplan’, vertelt opleidingsdirecteur studie geneeskunde van het Radboudumc en projectcoördinator van het raamplan Marjolein van de Pol. ‘Er komt een verschuiving van alleen ziektebehandeling naar ook gezondheid bevorderen. Binnen én buiten het ziekenhuis. En van voorzorg tot nazorg: denk aan preventie of het begeleiden van mensen met een of meer chronische ziekten. Er komen namelijk steeds meer oudere patiënten bij die meerdere ziektes tegelijkertijd hebben.’
‘De kroon op mijn werk’
Zesdejaarsgeneeskundestudent Joni Remmits (26) zat aan tafel bij de opstellers van het raamplan en was een volwaardig gesprekspartner. ‘Studenten hebben weleens het gevoel dat ze niets te zeggen hebben, maar er zijn juist veel mogelijkheden om je stem te laten horen! Ik ben al vanaf mijn eerste jaar betrokken bij het meedenken over onderwijs. Eerst op faculteitsniveau, later ook op landelijk niveau. Toen de opstellers van het raamplan mij vroegen om deel uit te maken van de projectgroep, heb ik staan juichen: dit voelt als de kroon op mijn werk. Alles staat en valt tenslotte met de eindtermen waar je als arts aan moet voldoen.
Over het resultaat van het raamplan ben ik tevreden: de toekomst is niet te voorspellen. Dit plan is daarom afgestapt van lijstjes, maar richt zich op competenties die je nodig hebt om als arts mee te kunnen groeien met ontwikkelingen, in de zorg, technologie of maatschappij. Straks heb je een stevige basis, of je nu dokter wordt in een ziekenhuis of daarbuiten.’
Arts-zijn in 2025
Het raamplan is de basis waarop de acht geneeskundeopleidingen hun curriculum voor de bachelor- en masteropleiding zelf kunnen inrichten. De Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) bepaalt de eindtermen, maar ook veel andere partijen hebben meegedacht, waaronder ziekenhuizen, beroepsverenigingen, studenten(verenigingen) en patiëntraden van umc’s. ‘Het belangrijkste is dat studenten competenties opdoen die hen voorbereiden op het arts-zijn in 2025. Zo is er meer aandacht voor patiëntcontact, voor artsberoepen buiten het ziekenhuis en samenwerken aan gezondheid. Met andere dokters en met andere zorgverleners. Het zou mooi zijn als je straks tijdens je coschappen bij de huisarts mee kunt kijken bij de verloskundige, in de ouderenzorg of het wijkteam. En dat je tijdens je coschappen in het ziekenhuis ook af en toe bij de huisarts zit. Dan ontdek je de samenhang tussen de verschillende beroepen.’
'Blijf alert op ontwikkelingen'
Dat er een nieuw raamplan is betekent niet dat we nu achterover kunnen leunen, vindt voorzitter René Héman van de KNMG.
‘De ontwikkelingen in de zorg en in de maatschappij gaan snel. Daarom is het belangrijk dat we monitoren hoe de opleidingen de eindtermen implementeren. Ons advies is om het raamplan te behandelen als een dynamisch instrument dat is aan te passen. We hebben de NFU geadviseerd een commissie in te richten die alert is op nieuwe ontwikkelingen die een plek verdienen in het raamplan. De opleidingen kunnen dan steeds op de actuele veranderingen in zorg en samenleving inspelen. Zo worden artsen écht opgeleid voor de toekomst.’
‘Studenten willen niet alleen weten hoe je een bariatrische ingreep uitvoert, maar ook hoe je kunt voorkomen dat het zover komt’
Balans vinden
Ook is er meer oog voor de betaalbaarheid van de zorg. ‘Als jonge arts ben je vaak idealistisch: je wilt alles doen voor die ene patiënt die tegenover je zit. Maar als je voor de één alle middelen en mogelijkheden uit de kast trekt, laat je anderen in de kou staan. Daarin moet je een balans vinden. Daar komt nu meer aandacht voor, net als voor leefstijl. Met kennis over leefstijl en betaalbaarheid kun je betere afwegingen maken om zinnige zorg te leveren op de juiste plek en op het juiste moment. Bijvoorbeeld met welke andere zorgverleners je obesitas bij kinderen kunt aanpakken, of cholesterolklachten bij 50-plussers.’
‘Nu is het wachten op de universiteiten’
Vanuit De Geneeskundestudent dacht Amir Abdelmoumen (24), destijds voorzitter, vanaf de zijlijn mee over het nieuwe raamplan.
‘Het allerbelangrijkste is dat er meer aandacht komt voor de geneeskunde buiten het ziekenhuis. Denk aan artsen die werken bij de GGD, beleid maken bij het RIVM of adviseren bij het ministerie of een zorgverzekeraar, of artsen die in de ouderenzorg werken of met verstandelijk gehandicapten. Dat helpt enerzijds om een betere beroepskeuze te maken, en anderzijds om straks collega-specialisten beter te vinden.
Een andere grote verbetering is dat er meer aandacht komt voor leefstijl en preventie: studenten willen niet alleen weten hoe je een ingewikkelde bariatrische ingreep kunt uitvoeren, maar ook hoe je wellicht kunt voorkomen dat het zover komt. Dat studenten ook andere beroepen in de zorg leren kennen, van de nurse practitioner tot de diëtist, draagt ook bij aan betere netwerkgeneeskunde.
Nu is het wachten op de implementatie door de universiteiten. Zij moeten namelijk de vertaalslag maken naar de praktijk. Ik hoop dan ook al het moois uit het raamplan straks terug te zien in bijvoorbeeld meer coschappen buiten het ziekenhuis of lessen van artsen uit een ander werkveld.’
Stevige basis
Natuurlijk blijft aandacht voor het menselijk lichaam een belangrijk onderdeel. ‘Vroeger kreeg je anatomie in het ene jaar en lichamelijk onderzoek pas een paar jaar later. Dan zakt de kennis weg. Nu krijgen studenten dat meer geïntegreerd, zodat je de stof sneller eigen kunt maken.’ Tot slot hoopt Marjolein van de Pol dat het nieuwe raamplan studenten stimuleert om eerst een brede en stevige basis op te doen. ‘Sinds een aantal jaar ligt de focus erg op wat voor arts je wilt worden en de voorbereiding daarop. De opleiding geeft je nu de kans om te ontdekken en je te verwonderen. Leren en specialiseren doe je nog je leven lang. Word eerst maar eens een goede dokter. Dat is al moeilijk genoeg.’
Dit artikel verscheen eerder op Arts in Spe.
Dit artikel delen?